Dragonfruit, genoemd naar zijn levendige, stekelige schil, wordt soms pitaya genoemd en wordt voornamelijk geteeld in Mexico en Midden- en Zuid-Amerika. Dragonfruit is ook te vinden in Aziatische landen, zoals Thailand en Maleisië en is een nietje voor op Azië geïnspireerde gerechten. Als je zelf het zoete, zaadachtige vlees van drakenfruit wilt ervaren, is je beste gok een Aziatische markt. Daar kunt u het fruit onderzoeken om er een te kiezen die rijp en klaar is om te eten.
Stap 1
Onderzoek de buitenste schil van het drakenfruit. Dragonfruit is helderroze of diep goudkleurig. Zoek naar een huid die gelijkmatig gekleurd is en geen kneuzingen en mesafdrukken heeft. Hoewel enige variatie in de schil gebruikelijk is, moet het fruit in het algemeen overal dezelfde kleur hebben. Splotchy kan een teken zijn dat de vrucht overrijp is.
Stap 2
Raak de stengel van het drakenfruit aan. Een brosse stengel duidt op een overrijpe vrucht, dus zoek een stengel met een lichte buigzaamheid.
Stap 3
Onderzoek de bladeren of de bloemblaadjes die de buitenkant van het fruit bedekken. Ze moeten helder gekleurd zijn, zonder bruin te worden aan de uiteinden, een ander teken van overrijp fruit.
Stap 4
Druk je vinger in de schil van het drakenfruit. Een perfect rijp fruit zal iets aan de druk geven, net als een rijpe avocado of mango. Als je vinger te gemakkelijk in het fruit drukt of als het fruit te hard is, kies dan een ander drakenfruit.
Stap 5
Ruik het drakenfruit, op zoek naar een licht en tropisch aroma. Dit is een teken dat het vlees van binnen rijp en zoet zal zijn.
Stap 6
Plaats uw gekochte drakenfruit op uw aanrecht bij kamertemperatuur om het voor gebruik te laten rijpen. De vrucht is rijp wanneer de roze of gele buitenkant donker wordt, waarna je de vrucht maximaal vijf dagen in je koelkast kunt bewaren.