Competitief zwemmen kan in veel recreatieve competities al vanaf 4 jaar beginnen. Het eindigt meestal op de leeftijd van 18, wanneer zwemmers in aanmerking komen voor masterprogramma's en universiteitsteams. Puberteit kan een aanzienlijke invloed hebben op de training, ontwikkeling en focus van een zwemmer en een onbalans creëren in vaardigheden van zwemmers die even oud zijn maar zich in een ander tempo ontwikkelen.
Evolutie van training
Naarmate een zwemmer rijpt door de puberteit, beweegt zwemtraining van een algemene focus naar een meer gespecialiseerde focus. Tot ongeveer 11 of 12 jaar richten de meeste zwemmers zich op alle slagen en het bouwen van technische vaardigheden in het water. De puberteit raakt precies op het moment dat zwemmers meestal hun trainingsniveau verhogen en bepalen hoe toegewijd ze zijn aan wedstrijdzwemmen. Een tienerzwemmer begint zich te concentreren op een paar evenementen, de training te verhogen en aan te passen, vooral tegen het einde van de puberteit, wanneer ze ontwikkelingsgericht klaar zijn om hun primaire focus te bepalen.
Lichamelijke ontwikkeling
Als zwemmer merk je misschien dat je lichaam verandert als je groeispurtjes ervaart, vooral tussen de 11 en 14 jaar oud. Je kunt plotselinge snelheden hebben gevolgd door lange plateaus. Dit is volkomen normaal - een deel van je technische vaardigheden is het bijhouden van de groei van je lichaam. Je kunt je ongemakkelijk en ongecoördineerd voelen, en zelfbewust over het verschijnen in een onthullend zwempak. Zwemmen in de VS wijst erop dat meisjes meestal hun piekgroei bereiken op ongeveer 12-jarige leeftijd en jongens op ongeveer 14-jarige leeftijd, hoewel elke zwemmer op individuele basis rijpt.
Nul in focus
Onthoud
Zwemmen in de VS wijst erop dat zwemmers van dezelfde leeftijd in het ontwikkelingsproces zelfs tot vijf jaar kunnen verschillen. Dit betekent dat twee zwemmers in de puberteit aanzienlijke fysieke en emotionele verschillen kunnen hebben. Een late volwassene kan wat leeftijd betreft trouw zijn aan haar leeftijd, maar mist de kracht van een meer ontwikkelde tienerzwemmer. Een vroege volwassene zal moeten werken om vaardigheden tijdens lichaamsveranderingen eerder te behouden dan een later ontwikkelende peer.