Degeneratie van de thoracale wervelkolom verwijst naar veranderingen in de schijven tussen wervels die het bot scheiden en kussen. De schijven verliezen hun elasticiteit en dikte, en hoewel de thoracale wervelkolom het minst waarschijnlijke segment van de wervelkolom is om dergelijke veranderingen te ondergaan, komt het wel voor. Als de schijven worden verplaatst of hernia, kunnen ze de omliggende structuren raken en ongemakkelijke symptomen veroorzaken. De meest gebruikte schijven zijn die tussen de T9- en T10-wervels, de T10- en T11-wervels en de T11- en T12-wervels.
Pijn
Pijn is een van de primaire symptomen van degeneratieve thoracale wervelkolomziekte. De pijn bevindt zich meestal in de bovenrug, overeenkomend met de locatie van de thoracale wervelkolom, of kan langs de ribben worden gevoeld als een zenuw die het ruggenmerg verlaat wordt samengedrukt door de schijf. Als de schijf op het ruggenmerg zelf drukt, kan het ongemak ook leiden tot verandering van houding en houding.
Motorische tekortkomingen
Motorische tekorten zoals zwakte, vooral in de onderste ledematen, worden ook gemeld bij degeneratie van de thoracale wervelkolom. Dit is het gevolg van het feit dat de schijf botst op de motorzenuwen en deze mogelijk beschadigt.
Zintuiglijke problemen
Problemen met sensorische perceptie kunnen ook optreden als gevolg van zenuwcompressie door een hernia. Dalingen in gevoel, gevoelloosheid of tintelingen zijn allemaal gemeld door mensen met thoracale wervelkolomdegeneratie. Deze zijn relatief prominenter aanwezig in de onderste ledematen.
Autonomische functie verstoring
Verstoring van de autonome functie verwijst naar de functie van structuren zoals de darm of blaas, of seksuele functies die worden bestuurd door een deel van het zenuwstelsel dat bekend staat als het autonome systeem. Ze worden meestal aangetast wanneer de schijf rechtstreeks op het ruggenmerg zelf botst en zijn meestal indicaties voor een ernstigere behandeling, zoals een operatie.