Spierverlies bij veroudering staat bekend als sarcopenie, een diagnostische term die is afgeleid van twee Latijnse woorden, "sarco" voor spieren en "penia" voor verspilling. Het is een natuurlijk en progressief verlies van spiervezels geassocieerd met ouder worden.
Op welke leeftijd gebeurt het?
Een normaal percentage voor spierverlies bij veroudering is niet vastgesteld. Een artikel uit 1998 in het "Journal of Nutrition" rapporteerde over een dwarsdoorsnede van onderzoek waaruit bleek dat het totale verlies tussen de 20 en 80 jaar 35 tot 40 procent bedroeg. Sommige onderzoeksrapporten veranderen al in je 20e, maar de meeste zijn het erover eens de belangrijkste veranderingen vinden plaats na de leeftijd van 50. Beide geslachten verliezen hetzelfde percentage bij het ouder worden, maar vrouwen verliezen in het algemeen minder massa.
Is veroudering echt de reden?
Hoewel meer zittende levensstijlen naarmate we ouder worden wel een rol spelen bij het verlies van spieren en ophoping van lichaamsvet, is het niet volledig te wijten aan levensstijl. Actieve mensen verliezen langzamer spiermassa dan hun zittende tegenhangers, maar een vergelijking van actieve oudere atleten met jongere atleten toonde aan dat de oudere atleten in de loop van de tijd meer spiermassa verloren dan hun jongere tegenhangers.
Verliezen sommige mensen eerder spier?
Hoewel lichaamsbeweging iedereen helpt om langer spiermassa vast te houden, is de grootste factor die bijdraagt aan spierverlies dat je vermogen om nieuwe spiereiwitten te produceren naarmate je ouder wordt, lijkt te verminderen. Een studie gerapporteerd in het "American Journal of Physiology" in 1998 ontdekte dat het vermogen om nieuw spiereiwit te produceren op de middelbare leeftijd met 31 procent en op oudere leeftijd met 44 procent was verminderd.
Kun je spierverlies uitstellen?
Omdat de mechanismen die uw vermogen regelen om spiereiwitten te produceren, afnemen met de leeftijd, zult u na verloop van tijd spieren verliezen. Mensen die actief zijn, verliezen echter minder dan anderen van dezelfde leeftijd die zittend zijn. Hoewel je misschien niet in staat bent om de klok terug te zetten of de handen niet te laten draaien, kun je de snelheid van verandering vertragen door te oefenen.