Als je je vlees op de grill rookt, krijgt het niet alleen een heerlijke rokerige smaak, maar blijft het vlees ook zacht omdat deze methode het vlees langzaam indirect kookt. Ongeacht of uw ribben rundvlees of varkensvlees zijn, wanneer u ribben op de grill kookt, kunt u het risico lopen dat ze te gaar worden. Het roken van ribben duurt echter aanzienlijk langer om grondig te koken, omdat indirect vlees koken de overtollige hitte en rook gebruikt in tegenstelling tot de directe vlam.
Stap 1
Bereid de ribben voor het roken. Als de ribben bevroren zijn, moet u ze ruim van tevoren ontdooien voordat u ze kookt. Spoel de ribben af in koud water en week ze in marinade of bedek ze voor het koken met een saus naar keuze.
Stap 2
Bereid de roker voor terwijl het vlees marineert. Plaats een opgekropte krant op de bodem van de houtskoolschoorsteen en vul de schoorsteen met de klontskool. Steek de krant aan en laat het vuur alle houtskool ongeveer 10 tot 15 minuten aansteken.
Stap 3
Wacht tot de houtskool klaar is en plaats deze in de houtskoolpan op de bodem van de roker. Plaats ongeveer een liter water in de waterpan en plaats het rooster over de roker.
Stap 4
Plaats het vlees op de roker en sluit het deksel aan de bovenkant. Open de toegangsdeur aan de zijkant van de roker en plaats ongeveer zes stukken hout op de verwarmde kolen.
Stap 5
Rook de ribben ongeveer twee en een half tot drie uur, afhankelijk van het soort vlees en hoe heet uw grill is.
Stap 6
Controleer de interne temperatuur van het vlees om te zien of het veilig is om te eten. Rundvlees is veilig om te eten bij 145 F, maar kan indien gewenst op een hogere temperatuur worden gekookt. Varkensvlees moet echter worden gekookt tot ten minste 160 F. Verwijder de ribben van de roker als je klaar bent, laat ze afkoelen en serveer.
Tip
Probeer eens met verschillende houtsoorten om de smaak van je vlees aan te passen. Appelhout geeft je vlees een andere smaak dan bijvoorbeeld eiken of dennen.
Nadat je je ribben ongeveer een uur hebt gerookt, kun je ze in aluminiumfolie wikkelen en ze laten koken om ze extra mals te maken.