Bloedvolumeverordening
Een manier waarop de nieren de bloeddruk in stand houden, is via de regulering van het bloedvolume in het lichaam. Zoals de American Heart Association uitlegt, is het handhaven van de juiste niveaus van elektrolyten (zoals natrium en kalium) in het lichaam een van de belangrijkste functies van de nieren. De hoeveelheid elektrolyten in het lichaam beïnvloedt de hoeveelheid vloeistof in het lichaam. Wanneer het elektrolytniveau hoog is, houdt het lichaam meer water vast, wat op zijn beurt het bloedvolume verhoogt. Meer bloedvolume resulteert in hogere bloeddruk. Zo handhaven de nieren de bloeddruk door indirect de hoeveelheid bloed in het lichaam te regelen.
Directe monitoring
De nieren reguleren ook hormonaal de bloeddruk. Om dit te doen, moeten de nieren de bloeddruk rechtstreeks controleren, wat ze doen door de hoeveelheid bloedstroom te meten die de nieren ontvangen. Zoals de Cardiovascular Physiology Concepts-site uitlegt, wordt deze functie uitgevoerd door speciale niercellen die de juxtaglomerulaire cellen worden genoemd. Deze cellen bevinden zich in de slagaders die de nieren voeden. Wanneer de bloedtoevoer naar de nier wordt verminderd, wordt een hormoon genaamd renine uitgescheiden. Dit systeem kan onbedoeld leiden tot hoge bloeddruk als de bloedvaten naar de nier vernauwen, omdat de juxtaglomerulaire cellen dit als lage bloeddruk zullen interpreteren, hoewel de bloeddruk in het lichaam normaal (of zelfs verhoogd) is.
renine
Renin is een hormoon dat wordt geproduceerd door de nieren en het werkt om de bloeddruk te verhogen. Renine is een eiwit dat een interactie aangaat met een ander eiwit, angiotensinogeen genoemd. Wanneer renine wordt uitgescheiden, verandert het angiotensinogeen in angiotensine I. Angiotensine I wordt vervolgens in de longen omgezet in angiotensine II. Angiotensine II zorgt ervoor dat de bloedvaten samentrekken, waardoor de bloeddruk stijgt. Het zorgt er ook voor dat de nieren meer natrium en water vasthouden, waardoor het bloedvolume toeneemt.