Uw bloedglucosewaarden kunnen bepalen of u diabetes loopt of loopt, een aandoening waarbij uw lichaam glucose uit de bloedbaan niet meer effectief verwerkt en absorbeert. Bloedsuikerspiegels fluctueren gedurende de dag, vooral na de maaltijd. Postprandiaal - wat betekent na het eten - glucosewaarden die boven een bepaald niveau stijgen, kunnen betekenen dat u diabetes of prediabetes heeft. Post-prandiale bloedsuikertests worden echter niet aanbevolen om diabetes te onderzoeken of te diagnosticeren.
Normale stijging en daling
Twee tot 3 uur na het eten van een maaltijd dalen de bloedglucosewaarden meestal naar normale nuchtere waarden. Voor mensen zonder diabetes is dit typisch 125 mg / dL of minder, volgens criteria vastgesteld door de American Diabetes Association. Als uw 2-uurse postprandiale bloedglucosespiegel hoger is dan 125 mg / dL, zal uw arts waarschijnlijk een van de door ADA aanbevolen bloedtesten bestellen voor de diagnose van diabetes. De opties omvatten een hemoglobine A1c-test en een orale glucosetolerantietest.
prediabetes
Voordat ze diabetes type 2 ontwikkelen, doorlopen veel mensen een fase die 'prediabetes' wordt genoemd. Met deze aandoening zijn de bloedsuikerspiegel meestal abnormaal hoog - maar niet hoog genoeg om te voldoen aan de criteria voor een diagnose van diabetes. Bescheiden gewichtsverlies, verhoogde lichamelijke activiteit en dieetveranderingen kunnen vaak voorkomen dat prediabetes overgaat naar diabetes type 2.